1229

Achtergrond bij de bijeenkomsten 5 t/m 8:

De Tien Geboden wegwijzers of hinderpalen, internetpublicatie KU-Leuven, afdeling Thomas 2013. Zie: http://www.kuleuven.be/thomas/page/de-tien-geboden-wegwijzers-of-hinderpalen/

Bijeenkomst 5, presentatie van het thema:

Kijk voor korte introfilmpjes over de Tien Geboden op:
YouTube Tien Geboden versie 3: http://www.youtube.com/watch?v=gGHk21-iS30

En YouTube denkstof aflevering ik word gek van christelijke regeltjes’ EO/ZVK:
http://www.youtube.com/watch?v=7KdQfEC-f6U

Bijeenkomst 5, Opdracht 2:

Lees onderstaande teksten aan beide zijden eerst individueel door en ga bij jezelf na of wetten vanuit hun aard steeds noodzakelijk vrijheidsbeperkend zijn of dat ze ook vrijheid en gelukkig samenleven kunnen bevorderen. Probeer je antwoord te motiveren.

Gebod 4 en 6 van de Tien Geboden bijvoorbeeld betreffen aanwijzingen voor een persoonlijk gedrag, maar hebben ook een maatschappelijke dimensie. Als je onderstaande teksten daarbij in aanmerking neemt, in hoeverre kun/wil je dat dan beamen of bestrijden?

Welke zijde vind je dwingender, de linker of rechterzijde van onderstaand kader?

Praat daar in groepsverband over (groepjes van drie of vier personen).

Laat de groepjes personen nadien plenair kort het resultaat van hun gesprek verwoorden. Het is verstandig (en toegestaan) de teksten uit het werkboek mee in de beschouwing en bespreking te betrekken. Wijs op het gelovig standpunt dat christenen ervan overtuigd zijn dat een goede relatie met God de mensen menselijker maakt en ook gelukkiger. 

Ter vergelijking:

Nederlands Wetboek van Strafrecht: Titel V Misdrijven tegen de Openbare Orde;

Artikel 137c

1

Hij die zich in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, opzettelijk beledigend uitlaat over een groep mensen wegens hun ras, hun godsdienst of levensovertuiging, hun hetero- of homoseksuele gerichtheid of hun lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste een jaar of geldboete van de derde categorie.

2

Indien het feit wordt gepleegd door een persoon die daarvan een beroep of gewoonte maakt of door twee of meer verenigde personen wordt gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van de vierde categorie opgelegd.

 

 

Nederlands Wetboek van Strafrecht: Titel XIV ; misdrijven tegen de zeden; artikel 248a.

Hij die door giften of beloften van geld of goed, misbruik vanuit feitelijke verhoudingen voortvloeiend overwicht of misleiding een persoon, waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat deze de leeftijd van achttien jaren nog niet heeft bereikt, opzettelijk beweegt ontuchtige handelingen te plegen of zodanige handelingen van hem te dulden, wordt gestraft met een gevangenisstraf van ten hoogste vier jaren of een geldboete van de vierde categorie.

 

Een christelijke houding tegenover de naaste leert ons bijvoorbeeld het achtste gebod:

 

  • De diepere reikwijdte van dat gebod is: leg over een ander geen vals getuigenis af. Dat gaat verder dan alleen maar liegen.

Dat kan ook betekenen dat je je niet beledigend uitlaat over je naaste, want ook dat kan een vals getuigenis zijn en als zodanig schaadt het de goddelijke liefde die wij moeten doorgeven. Als ik me beledigend uitlaat over een ander, kan daar gemakkelijk een leugen in schuilen (vgl. discriminatie).

 

  • Iemand de vereiste eerbied en ontzag onthouden als mens staat óók gelijk met diefstal (Romeinen 13,7) – gebod 7.

 

 

De geboden 6 en 9.

 

De Tien Geboden met betrekking tot de zeden:

God wil graag dat wij de menselijke seksualiteit beleven in overeenstemming met zijn scheppingsgedachte (ontvouwing van de liefde tussen man en vrouw), dat wij tevens geen echtbreuk plegen en  onze  zinnen niet zetten op de vrouw van een ander.

 

 

Gij zult geen onkuisheid doen en dat zelfs niet begeren.

 

 

Nederlands Burgerlijk Wetboek; artikel 6.162:

  1. Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan worden toegerekend, is verplicht de schade die de ander dientengevolge lijdt, te vergoeden.
  2. Als onrechtmatige daad wordt aangemerkt een inbreuk op een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt, een en ander behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgrond.
  3. Een onrechtmatige daad kan aan de dader worden toegerekend indien zij te wijten is aan zijn schuld of aan een oorzaak welke krachtens de wet of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komt.

De Tien Geboden met betrekking tot het bezit van anderen:

God wil graag dat we het bezit en de vrijheid van de mens respecteren en dat we ons inzetten voor gerechtigheid in de wereld.

Gebod 7 en 10

 

 

Gij zult niet stelen, zelfs niet begeren wat uw naaste toebehoort.

 

 

 

Toelichting;

De situatie slaat op bijvoorbeeld winkeldiefstal. De eigenaar van de goederen claimt een onrechtmatige daad en vergoeding van kosten voor de tijd en de moeite die het hem kost de dief ‘te bewaken’, politie in te schakelen en verlies van zijn eigen arbeidstijd. De diefstal zelf valt onder het strafrecht.

 

 

Nederlandse Belastingwet, Algemene Wet inzake Rijksbelastingen; hoofdstuk II Aangifte, artikel 8

  1. Ieder die is uitgenodigd tot het doen van aangifte, is gehouden aangifte te doen door:

a.      de in de uitnodiging gevraagde gegevens duidelijk, stellig en zonder voorbehoud op bij ministeriële regeling te bepalen wijze in te vullen, te ondertekenen en in te leveren of toe te zenden, alsmede,

b.      de in de uitnodiging gevraagde bescheiden of andere gegevensdragers, dan wel de inhoud daarvan, op bij ministeriële regeling te bepalen wijze in te leveren of toe te zenden

De Tien Geboden met betrekking tot gezag, traditie en gemeenschappelijke maatschappelijke waarden:

God wil graag dat wij de mensen eren die ons leven, gemeenschap, welzijn, veiligheid en geloof geven.

 

Gebod 4

 

 

Eer uw vader en uw moeder.

 

 

Toelichting inzake de AWR hiernaast;

Het niet doen van bedoelde aangifte van het inkomen/vermogen is strafbaar en heeft een boete tot gevolg. Bovendien legt de overheid vervolgens een aanslag op naar geschatte gegevens. Omdat tevens omkering van bewijslast gaat gelden moet de belastingplichtige nu bewijzen dat de geschatte aanslag te hoog is.

 

Benodigdheden: teksten als hierboven in kader weergegeven in kopie (zoveel als er deelnemers zijn), pennen, papier.
Tijd: 40 minuten (5 minuten opdracht uitleggen, 20 minuten groepsopdracht, 15 minuten nabespreking).

Pagina afdrukken | 2894 keer gelezen
Voor elke deelnemer is er voor elke bijeenkomst aanvullend materiaal beschikbaar. Indien er voor de begeleider aanvullend materiaal beschikbaar is, dan is dit vermeld in het begeleidersboek.
© 2012-2024 Bisdom Roermond